Betere akoestiek betekent beter onderwijs

Goed ontworpen klaslokalen dragen bij aan goede leerprestaties. Een goede akoestiek is een van de doorslaggevende factoren. In dit artikel bekijken we wat geluid in klaslokalen precies inhoudt en hoe architecten en ontwerpers de negatieve effecten van geluid kunnen minimaliseren.

Gratis E-book  Betere scholen bouwen  Download dit e-book voor inspiratie over gezonde scholen. E-book direct downloaden

De meeste mensen die weleens in een klaslokaal zijn geweest, weten dat het er altijd lawaaierig is.

Soms is het gebrek aan geluid juist opvallend. Meestal betekent dit dat leerlingen aan het leren zijn, zelfstandig, in groepsverband of door naar de leraar te luisteren.

Maar als het geluidsniveau te hoog wordt, heeft dit zijn weerslag op het leervermogen van leerlingen.

Wetenschappers denken dat lawaai leidt tot:

  • Lagere productiviteit
  • Verhoogde mentale vermoeidheid
  • Stress

Onderzoekers van de Universiteit van Salford, Manchester, concludeerden in hun Clever Classrooms-onderzoek (2015)1 dat de akoestische omgeving van een klaslokaal een cruciale factor is bij leerprestaties en psychosociale prestaties van kinderen2&3.

Twee soorten geluid

Er zijn twee verschillende soorten geluid die invloed hebben op de akoestische omgeving in klaslokalen: binnengeluid en buitengeluid.

Binnengeluid kan worden onderverdeeld in twee verschillende bronnen: luchtgeluid en geluid dat via het gebouw zelf wordt overgebracht.

  • Luchtgeluid is meestal het gevolg van menselijke activiteiten of mechanische geluiden in aangrenzende kamers. Het reist door de lucht, muren, vloeren en plafonds.
  • Geluid dat via het gebouw wordt overgebracht is afkomstig van mensen of apparaten die zich in ruimtes boven of onder ons bevinden of het wordt overgebracht via de grond.
  • Binnengeluid wordt meestal tegengegaan met meubelen, vloerbedekking en andere materialen die geluiden absorberen.

Buitengeluid komt uit de omgeving rondom het gebouw.

  • De afstand tot de geluidsbron heeft een grote invloed op hoe het buitengeluid wordt ervaren. Ook de aanwezigheid van barrières, zoals gebouwen en bomen, heeft een invloed.
  • Verschillende bronnen creëren verschillende soorten geluid. Verkeer heeft bijvoorbeeld een lage frequentie, terwijl een vogel op een hoge frequentie zijn lied zingt.
  • Wegverkeer is de grootste bron van buitengeluid. 13% van de bevolking in Europa heeft last van geluiden van wegverkeer.

Wenselijke geluiden

Klaslokalen zullen nooit helemaal stil zijn, en dat hoeft ook niet.

Kantoortuinen hebben meestal een geluidsniveau van ongeveer 70 decibel. Als u ooit in een ruimte vol kinderen hebt gezeten, weet u dat kinderen niet per sé rustiger zijn dan uw collega’s, ook niet als hun gevraagd wordt of ze rustig willen gaan zitten.

De 70 decibel van een kantoortuin is ongeveer 10 decibel hoger dan een simpel gesprek en 20 decibel hoger dan het gemiddelde geluidsniveau in een woonkamer of keuken. In kamers met veel mensen is over het algemeen meer geluid. En in klaslokalen helemaal.

Een volledig stil klaslokaal is dus niet realistisch. Het doel is om de juiste voorwaarden te scheppen voor het maken en ontvangen van wenselijke geluiden met een prettig geluidsniveau.

In het geval van klaslokalen moet de leraar in staat zijn om les te geven. En leerlingen moeten in staat zijn om de leraar te verstaan, luid en duidelijk.

In de volgende alinea’s zullen we bekijken welke stappen ontwerpers en architecten kunnen nemen om een prettige akoestische omgeving voor klaslokalen te creëren. We benaderen dit vanuit drie verschillende invalshoeken: buitengeluiden, binnengeluiden en de vorm van de ruimte.

Buitengeluiden

Buitengeluiden kunnen een bron van frustratie zijn voor leraren, vooral omdat ze er geen controle over hebben.

Het Clever Classrooms-onderzoek raadt aan om, waar mogelijk, klaslokalen niet in de buurt van drukke ruimtes te plaatsen, zoals speelpleinen, sportfaciliteiten en ontvangstruimtes.

Verkeersgeluiden zijn meestal niet volledig te voorkomen, maar kunnen worden verminderd met akoestische buffers, zoals bomen en struiken.

Geluidsisolerende vensters zijn essentieel bij het tegengaan van buitengeluiden. Vooral de reductie van regengeluid is belangrijk. Regen die op de vensters tikt, heeft een geluidsniveau van 40 decibel.

Binnengeluiden

De interne akoestiek kan worden verbeterd door vloerbedekking te gebruiken. Als vloerbedekking niet geschikt of niet praktisch is, zijn behang en wandkleden een goed alternatief.

Andere soorten dik materiaal/stof kunnen worden gebruikt om klaslokalen in te richten, zelfs projecten die door leerlingen zijn gemaakt van zo'n soort materiaal.

Bij het verminderen van binnengeluiden is vloerbedekking van muur tot muur of een groot tapijt zeer effectief, maar ook kleinere aanpassingen kunnen een groot effect hebben. Tafels en stoelen met rubberen pootjes maken bijvoorbeeld minder geluid als ze worden verschoven. Dit geldt voor elke ruimte met tafels en stoelen, maar zeker voor een klaslokaal vol beweeglijke kinderen.

Vorm van de ruimte

Het klaslokaal moet zo ontworpen zijn dat leerlingen dichter bij de leraar zitten, waardoor ze de leraar goed kunnen verstaan. Rechthoekige lokalen met een grote lengte-breedteverhouding zijn over het algemeen beter geschikt voor zo'n indeling. Daarnaast bieden ze meer mogelijkheden voor presentaties.

Bronnen

  1. Clever Classrooms (2015), Summary report of the HEAD project, University of Salford, Manchester
  2. Crandell, C., Smaldino, J. (2000) Classroom Acoustics for Children With Normal Hearing and With Hearing Impairment,Language, Speech, and Hearing Services in Schools, Vol. 31, 362–370, October 2000
  3. Picard, M., Bradley, J. (2001) Revisiting speech interference in classrooms, Audiology 2001, 40: 221- 244 
  4. https://www.velux.com/deic